FLUISTERSTIL VAREN DOOR DE BIESBOSCH

De Biesbosch behoort samen met het Haringvliet tot de mooiste natuurgebieden in ons land en leent zich uitstekend voor een vaartocht met een elektrische boot. Het voert je langs verstilde poeltjes, langharige runderen en kolkende watermassa’s die langs eeuwenoude pittoreske dorpjes stromen.

Tekst en fotografie Epco Ongering

We beginnen onze vaartocht in Drimmelen. Daar zijn tal van bootjes te huur. Wij huren voor € 100 per dag een elektrische ‘fluistersloep’, want daarmee ervaar je het best de afwisseling tussen rust en vogelgeluiden in dit natuurgebied. Voor mensen die zelf niet willen of kunnen varen is het ook mogelijk om voor € 11,50 vanuit Drimmelen een twee uur durende rondvaart door de Biesbosch te maken.

Drimmelen wordt gedomineerd door de watersport. Met 1400 ligplaatsen is Drimmelen een van de drukste watersportgebieden van ons land. Er zijn vier jachthavens met alle soorten voorzieningen en tal van horecagelegenheden langs het water. Zodra je de haven van Drimmelen uit vaart kom je op de rivier de Amer. De Amer maakt deel uit van een drukke scheepvaartroute, dus is het oppassen voor de voorbijsnellende beroepsvaart.

Stroomgebied

De rivier is de voortzetting van de Bergsche Maas en maakt uiteindelijk onderdeel uit van het stroomgebied van de Maas. Aan de westkant van de Biesbosch komt de Amer met de Nieuwe Merwede samen in het Haringvliet.

Wij besluiten om het natuurgebied via de Zuidkant te verkennen. We varen de Amer op en laten ons met de trage stroom meevoeren langs het Noordergat van de plomp naar het Gat van de Kerksloot. Hier liggen talloze boten voor anker en sommigen zijn afgemeerd aan een van de vele eilandjes. Voorzichtig varen we tussen de wilgen en het riet door. Ongemerkt praten we niet meer hardop, maar zijn we aan het fluisteren. Er wonen hier bevers en wat zouden we graag zo’n beestje bij een beverburcht zien. We hebben dit keer geen geluk, want de bevers tonen zich hier niet. Wel zien we een knetterblauw ijsvogeltje laag over het water scheren. Ook de Nachtegaal laat zich zien en vooral ook horen. We spotten vervaarlijk uitziende runderen met puntige hoorns en dikke vachten die ons van dichtbij, half in het water, lodderig aanstaren. Hun koppen zitten vol met klitten, maar ze blijven ijzig kalm herkauwen. We blijven zachtjes praten als we weer terug de Amer op varen.

Als we de markante Moerdijkbrug al zien liggen, passeren we aan de zuidoever bij Lage Zwaluwe het standbeeld van de Line-crosser. Het is een bronzen beeld dat herinnert aan de dappere mensen die in de Tweede Wereldoorlog de linies tussen de Duitsers en de geallieerden overstaken. De onherbergzame Biesbosch was een perfecte plek om onderduikers te laten schuilen voor de Duitsers. Langs twee routes werden spullen uit bezette Noordelijk deel van Nederland naar het het bevrijde Zuiden gebracht. In totaal waagden 21 line-crossers 374 keer hun leven om gestrande piloten, joden en verzetsmensen in veiligheid te brengen. Twee van hen kwamen tijdens hun tochten om.

Vijftig tinten groen

Vlak voor de Merwede is er een brede ingang naar het natuurgebied. Het is de plek waar het Noordergat van de Vissen samenvloeit met het Zuidergat. We volgen het Noordergat en varen langs verdronken bomen en struiken in vijftig tinten groen. Het water wordt ondieper, maar blijft begaanbaar voor onze sloep. Na een tijdje gaat het Noordergat van de Vissen over in het Gat van Den Kleinen Hil. Deze plek was voor de uitvoering van de Deltawerken veelvuldig slachtoffer van overstromingen, maar is tegenwoordig een paradijs voor vogels en natuurliefhebbers. Aan het eind van het water ligt het Biesboschmuseum. Het zijn vooral de bootjes die ons op het museum wijzen, want het pand is zelf een architectonisch hoogstandje dat dankzij een met gras belegd dak, naadloos opgaat in de natuur.

We varen terug naar het Zuidergat van de Vissen en gaan weer naar het Noorden door het Gat van Van Kampen naar het Ruigt. Aan het eind van dit ondiepe water draaien we het Spijkerboor op. Via het Spijkerboor kun je linksaf over het Steurgat door naar Werkendam, waar de sluis aan de Noordoostzijde de verbinding met de Merwede vormt. Vanaf de sluis is het nog een half uurtje over het Wantij varen naar Dordrecht, de grootste stad in de buurt van de Biesbosch. We gaan naar het zuiden en draaien weer de Amer op. Door een voorbij varende speedboot op de rivier sta je in een klap weer in de werkelijkheid van alledag. Want vlak naast de schitterende natuur van de Biesbosch staat de drukbevaren rivier de Amer weer helemaal in het teken van de Brabantse gezelligheid en bedrijvigheid.