Al vele jaren varen we met veel plezier met onze motorboot, een Antaris 720. Het leuke van het leven aan boord is dat alles op een betrekkelijk klein oppervlakte zich afspeelt.
Overdag is dat in ons geval de kuip waar ik tijdens het varen stuur. In de kajuit hebben we een dinette waar ik in de avonduren vaak de opnames die we onderweg gemaakt hebben zit te editen. Slapen doen we in de punt.
Jaren geleden huurde wij in Friesland een motorboot, een salonkruiser gebouwd bij Smelne in Drachten. De salon met openslaande deuren naar de kuip was vanwege het leefoppervlakte wat ons direct aansprak. In het staal zijn er vele boten met een gelijksoortige indeling, alleen gaat onze voorkeur uit naar polyester. Dan is de spoeling veel dunner.
Aan dezelfde steiger waar wij met onze boot liggen, ligt een Drammer 935. Het is een boottype dat mij erg aanspreekt. Populair en daardoor hoogst zelden te koop tweedehands. Ik heb tegen de eigenaar van de boot al eens gezegd dat als hij zijn Drammer wil verkopen, dat hij mij als eerste informeert. Voorlopig beleeft hij zelf met zijn vrouw nog veel plezier aan zijn boot. Dus of die op korte termijn te koop komt...
Boten kijken en vergelijken blijft een leuke bezigheid. En zo struin ik regelmatig het internet af, kijk op het water om mij heen en mag graag over de steigers op jachthavens dwalen. Er staat genoeg en veel te koop. De kopersgekte zoals in Corona-tijd is wel voorbij.
’’Jullie zijn jullie boot zo kwijt, het is een populair model,’’ is wat wij vaak horen. Toch vragen we ons af wat verstandig is. Eerst een koper zoeken voor onze Antaris en dan pas op zoek gaan naar een andere boot. Of de gok wagen als we plotseling onze volgende droomboot tegenkomen dat we ook snel een nieuwe eigenaar vinden voor onze Antaris.
Of blijven doorvaren met ons ’Statenjacht.’ Misschien is het laatste wel het verstandigste.




